Een driftbui als je kind zijn zin niet krijgt? Geen dank je wel willen zeggen? Niet beseffen wat hij of zij allemaal heeft? Voor een kind in de peuter- of kleuterleeftijd kan het moeilijk zijn inzicht te hebben wat het allemaal heeft. Dan kan een kind verwend gedrag vertonen.

“De lijn tussen verwend en goed verzorgd is dun.” Steven Pont, ontwikkelingspsycholoog

Maar wat is verwend? “Dat is een rekbaar begrip, want de lijn tussen verwend en goed verzorgd is dun”, zegt ontwikkelingspsycholoog Steven Pont. “Je kunt je kind als ouder gewoon goed willen verzorgen, wat ongewild kan eindigen in verwendheid. Op het moment dat een kind begint te dreinen wanneer het zijn zin niet krijgt, kunnen we spreken van verwend gedrag. Een kind is er dan gewoon erg aan gewend om altijd iets te krijgen, of altijd zijn zin te krijgen wanneer hij doordramt.”

Doordrammen en driftbuien

Als dan iets een keertje niet gekocht kan worden of iets niet mag, kan je verzet verwachten van je kind, ofwel verwend gedrag. Pont: “Wanneer je nieuwe grenzen opstelt voor je kind omdat je merkt dat het al héél veel autootjes heeft verzameld, kan je kind de eerste paar keren een driftbui krijgen. Als je dan toch toe gaat geven, leer je je kind dat het zijn zin toch wel krijgt door genoeg te drammen.”

Hoe zorg je ervoor dat je je kind niet teveel verwent?

Maak dus duidelijk dat ‘nee’ ook echt ‘nee’ betekent. Dan leert je kind zich daartoe verhouden. “Begint je kind een driftbui in de supermarkt, houd toch voet bij stuk”, zegt opvoedcoach Merel Obermeijer. “Toon wel begrip en geef ruimte voor het gevoel: vertel je kind dat je begrijpt dat het verlangt naar een snoepje of cadeautje, maar maak tegelijk de nieuwe grenzen duidelijk. Troost je kind ook als het daardoor verdrietig wordt, want het ‘verwende’ gedrag op dat moment is vanuit je kind vaak niet zo bedoeld.”

“Het is niet te laat om als ouder te bedenken: misschien ben ik een beetje doorgeschoten.”
Merel Obermeijer, opvoedcoach

Schaarste zorgt voor waardering

Probeer ook het feestje van een cadeautje of iets lekkers te behouden. Schaarste creëert volgens Obermeijer namelijk de waardering bij een kind. Voor iets wat je minder vaak krijgt of doet, voel je automatisch meer dankbaarheid.

“Voor een kind dat iedere dag een cadeautje of ijsje krijgt, gaat het ‘bijzondere’ en de waardering ervan af. Het is dan ook niet te laat om als ouder te bedenken: misschien ben ik een beetje doorgeschoten en is het tijd om het af te bouwen, zodat het kind opnieuw waardering leert te krijgen”, aldus Pont.

Dank je wel leren zeggen

Geen dank je wel willen zeggen kan een andere uiting zijn van verwend gedrag. Hierover zijn verschillende opvattingen, maar Pont is van mening dat dank je wel zeggen hoort bij het socialisatieproces. Een kind zou volgens hem moeten weten dat dank je wel zeggen een tegenprestatie is als je iets krijgt.

Obermeijer voegt daaraan toe: “Voor sommige kinderen is het te spannend vanwege verlegenheid, en heeft het dus niet met verwendheid te maken. Maar ook erg temperamentvolle kinderen met een erg sterke eigen wil kunnen er moeite mee hebben. In dat geval moet je het niet afdwingen, dat werkt averechts.”

“Het belangrijkste is het goede voorbeeld te geven met dankbaarheid: daar leert je kind het meeste van. Dank je wel zeggen is iets wat kinderen simpelweg moeten leren, en meestal komt dat dan ook wel goed als je je kind er de tijd voor gunt.”

https://www.nu.nl/kind-gezin/6162327/help-mijn-kind-is-een-verwend-nest.html